Drie manieren van luchtreiniging
De wijze waarop een luchtreiniger zorgt voor een verbetering van het leefklimaat is onder te verdelen in drie manieren.
Dit kan door middel van filters, de UV-licht en door ionisatie.
Filter
Een luchtreiniger met één of meerdere filters zuigt lucht uit de omgeving aan.
De aangetrokken lucht wordt in het apparaat gereinigd omdat het door één of meerdere filters gaat. De opgeschoonde lucht wordt vervolgens weer uitgeblazen door de luchtreiniger.
Filters kunnen vervangbaar zijn, of permanent in de luchtreiniger zitten. Permanente filters moeten regelmatig worden gereinigd.
UV-filter
Een UV-filter bij een luchtreiniger wil zeggen dat er in het apparaat een UV-lamp is geplaatst. Het ultra violet licht van de lamp doodt de bacteriën.
Van alle soorten licht heeft UV licht de hoogste frequentie, de kortste golflengte en bevat hierdoor de hoogste hoeveelheid energie die met straling het buitenste membraam van het organisme doorboort en het DNA vernietigt. In de huidige luchtreinigers komen UV-filters maar weinig voor.
Ionisatie
Ionisatie is de meest veelbelovende vorm van luchtreiniging.
Een luchtreiniger die ioniseert, produceert positief en negatief geladen ionen en verspreidt die in de ruimte. Deze ionen omsingelen als het ware de slechte stoffen, waarna door een chemische reactie deze stof onschadelijk wordt gemaakt.
Negatieve ionen hechten zich aan onder meer pollen, schimmels, sigarettenrook en stof en neutraliseren het schadelijke effect daarvan. Op deze manier wordt de vervuiling van lucht door boosdoeners als bacteriën en ziektekiemen tegengegaan. Ionisatie kan schadelijke stoffen tegen gaan met een diameter tot 0,01 micrometer.
Onderzoekers hebben wetenschappelijk bewezen dat negatief geladen luchtionen belangrijk zijn voor een gezond en schoon luchtklimaat.